De intrekking van verblijfsvergunningen van de kinderen en partner van een gezinshereniger op grond van fraude door deze gezinshereniger kan alleen na een belangenafweging. Dit is de belangrijkste uitkomst van een arrest van het Europees Hof van vandaag naar aanleiding van vragen van de Nederlandse Raad van State.
Als de gezinshereniger heeft gefraudeerd bij het verkrijgen van de verblijfsvergunning, dan kúnnen ook de verblijfsvergunningen van de gezinsleden worden ingetrokken – ook als zij niet op de hoogte waren van de fraude -, maar alleen na een individueel onderzoek en afweging van de belangen van deze gezinsleden. Zo zal moeten worden betrokken hoe lang de gezinsleden al in Nederland verblijven, de leeftijd waarop de kinderen naar Nederland kwamen en de banden met Nederland, alsook de eventuele banden die er nog zijn met het land van herkomst. Ook moet volgens het Hof rekening worden gehouden met de omstandigheid dat de gezinsleden niet zelf verantwoordelijk zijn voor de fraude en niet daarvan op de hoogte waren.
Met dit arrest wordt een streep getrokken door de jarenlange praktijk van de IND waarin verblijfsvergunningen van deze gezinsleden automatisch – met een enkele verwijzing naar de fraude van de gezinshereniger – worden ingetrokken.
Voor meer informatie over het procederen tegen de intrekking van verblijfsvergunningen, kunt u contact opnemen met Scheers Advocatuur.