Als de IND een verblijfsvergunning of de Nederlandse nationaliteit wilt intrekken moet de IND de betrokkene horen.
Het komt echter regelmatig voor dat de IND zonder betrokkene te horen een besluit neemt.
De regel is echter dat de IND betrokkene altijd de gelegenheid moet bieden een toelichting (een zienswijze) te geven. Als de IND een vergunning of de Nederlandse nationaliteit wilt intrekken moet de IND betrokkene horen, zowel vóórdat de IND een besluit neemt over de intrekking en ook, als er wordt ingetrokken, vóórdat de IND een besluit neemt op een bezwaarschrift. Dit is geregeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De enige mogelijkheid voor de IND hiervan af te wijken is als het overduidelijk (‘op voorhand zonder twijfel’) is welk besluit moet worden genomen en het bezwaar niet kan leiden tot een ander oordeel.
De IND stelt vaak dat er niet gehoord hoeft te worden, omdat er geen twijfel bestaat over het besluit en bezwaren niet tot een ander oordeel kunnen leiden. In het verleden werd dit met enige regelmaat nog wel geaccepteerd door de rechter. Er zijn echter steeds meer voorbeelden van uitspraken, ook van de hoogste rechter, de Raad van State, waarin de IND hier niet mee wegkomt en besluiten wegens strijd met de hoorplicht worden vernietigd.
In de praktijk van Scheers Advocatuur komt het regelmatig voor dat voor cliënten negatieve besluiten worden vernietigd, ook op grond van de hoorplicht. Voorbeelden van uitspraken van de Raad van State zijn een uitspraak van 17 november 2021 over de intrekking van de Nederlandse nationaliteit, omdat deze cliënt geen afstand had gedaan van zijn oorspronkelijke nationaliteit. Het besluit van de IND werd vernietigd, omdat de IND deze cliënt had moeten horen over de gevolgen van de intrekking van zijn nationaliteit en had moeten beoordelen of deze intrekking wel evenredig is. Een ander voorbeeld is een uitspraak van 17 september 2021 , waarin het niet ging om een intrekking, maar om de afwijzing van een aanvraag voor verblijf bij Nederlands kind. De Raad van State oordeelt hier dat de IND verklaringen van vrienden en kennissen ten onrechte niet had meegenomen en dat cliënt had moeten worden gehoord over de zorg- en opvoedingstaken. Ook in een recente uitspraak van 13 januari 2022 oordeelt de Raad van State dat de IND cliënt vóór de intrekking van de verblijfsvergunning bij partner had moeten horen over de verbreking van die relatie.
Voor meer informatie over dit onderwerp en het inplannen van een adviesgesprek kunt u contact opnemen met Scheers Advocatuur.