De Minister moet na automatisch verlies van het Nederlanderschap alsnog de gevolgen daarvan beoordelen. Als na deze beoordeling de conclusie is dat de gevolgen vanuit het EU-recht onevenredig zijn, dan moet de betreffende persoon met terugwerkende kracht weer Nederlander kunnen worden. Dit is de uitkomst van een belangrijke uitspraak van de Raad van State, waarin deze hoger beroepsrechter verwijst naar de antwoorden van de Europese rechter op door de Raad van State hierover gestelde vragen. De huidige wet (de Rijkswet op het Nederlanderschap), die nog uitgaat van een automatisch verlies van de Nederlandse nationaliteit en niet kijkt naar de gevolgen hiervan, is hiermee in strijd en moet worden aangepast.

Deze uitspraak kan grote gevolgen hebben voor Nederlanders die 10 jaar buiten de EU hebben gewoond, ook een andere nationaliteit hebben, tussentijds geen Nederlands identiteitsdocument hebben aangevraagd en daarmee hun Nederlandse nationaliteit automatisch hebben verloren. Vaak wordt dit pas op een later moment bekend en heeft dit grote gevolgen, zoals het niet meer als Nederlander kunnen reizen (vrij binnen de EU en naar vele landen zonder visum) en voor verblijf en werk in Nederland/ de EU opeens een verblijfsvergunning en/of werkvergunning nodig hebben.

Deze personen moeten alsnog de mogelijkheid krijgen om de evenredigheid van dit verlies van hun Nederlandse nationaliteit te laten toetsen. Zoals aangegeven: als de conclusie is dat de gevolgen hiervan onevenredig zijn, dan moet dit worden hersteld en moet de Nederlandse nationaliteit opnieuw worden vastgesteld. Dit geldt ook nu al, dus nog voordat de wet is aangepast.

Voor vragen over deze uitspraak en de gevolgen hiervan voor uw situatie, kunt u contact opnemen met Scheers Advocatuur.